Bijna tien jaar lang heeft provincie Flevoland gewerkt aan een nieuw natuurgebied, op een schaal die zeldzaam is in Nederland: het Oostvaarderswold. 180.000.000 vierkante meter ofwel 3.600 voetbalvelden groot. Een robuuste verbindingszone tussen de Oostvaardersplassen, een ‘wetland’ van internationaal belang en het Horsterwold, het grootste aaneengesloten loofbos in West Europa. Met ruimte voor waterberging voor als het klimaat verandert, voor natuurcompensatie voor Almere, de A6 en de Hanzelijn en een voorspeld rendement van zo’n 6.000 banen. Ambities te over. En rijksbeleid. Totdat kabinet Rutte-Verhagen aantrad, in de zomer van 2010.
In het regeerakkoord werden de robuuste verbindingszones in heel Nederland geschrapt. Eind dat jaar stelde Bleker de provincie voor te stoppen met het proces. Er zou geen rijksgeld meer te verwachten zijn. Op dat moment was voor de plannen nog een rekening te verwachten van zo’n 140 miljoen euro. Bij ongewijzigde plannen zou die op het bordje van de provincie terecht komen. En zoveel geld heeft de provincie gewoonweg niet. Begin dit jaar vernietigde de Raad van State het provinciaal inpassingsplan (een soort provinciaal bestemmingsplan) van het Oostvaarderswold en de bestuursrechter bepaalde dat het rijk niet voor de kosten van het plan hoefde op te draaien. Daarmee was de onttakeling van het plan compleet. Honderden hectares grond waren aangekocht, uitvoering zou dit jaar starten, maar hoe het verder gaat is nu nog onbekend.
Over ‘hoe nu verder’ wil ik het hier niet hebben. Over ‘wat ging er mis’ wel. Hoe heeft het zover kunnen komen? Op 16 mei heeft de Provinciale Staten van Flevoland een onderzoekscommissie ingesteld en mij benoemd tot voorzitter. Een uitdaging die ik graag aanneem. De onderzoekscommissie richt zich primair op de volgende vragen:
A. Welke afspraken zijn er voorafgaand aan- en gedurende het proces gemaakt tussen rijk, provincie en alle overige betrokkenen en in het bijzonder, hoe is de procesgang verlopen tussen provincie en rijk en was dit proces passend bij de opgave?
B. Welke besluiten zijn er gedurende het proces door gedeputeerde staten en door provinciale staten genomen, inclusief de wettelijke basis voor deze besluiten?
C. Op welke wijze en met welke informatie zijn provinciale staten gedurende het gehele proces door gedeputeerde staten geïnformeerd?
D. Hadden de staten bij de afzonderlijke besluitvormingsmomenten alle relevante en/of beschikbare informatie tot hun beschikking?
E. Hebben de staten op basis van de aangeboden informatie zich op elk moment van de besluitvorming een goed oordeel kunnen vormen over de diverse risico’s gedurende het proces?
F. Hebben provinciale staten op basis van de aangeboden informatie hun kaderstellende rol bij elk van de afzonderlijke besluitvormingsmomenten naar behoren kunnen invullen?
Ik heb mijn woordvoerderschap over Oostvaarderswold overgedragen aan fractiegenoot Shasta. Ik zal mijn mening over hoe het nu verder moet met dit gebied voor me houden. In een dossier dat zo vol zit met emotie als het Oostvaarderswold, past het de voorzitter van een onderzoekscommissie om het politieke strijdtoneel te vermijden.
Helemaal stil zal ik niet zijn: ik voer het woord namens de commissie, die de hele provinciale staten vertegenwoordigt. Als er nieuws is vanuit de commissie, meld ik me weer. Verder zult u me op dit onderwerp voorlopig niet horen.
(Hier vindt u het statenvoorstel waarmee de commissie is ingesteld, inclusief de wat gebrekkige opmaak.)
Ook Omroep Flevoland bericht er over.